Na succesvolle doortochten in ons land op Pukkelpop, Rock Werchter, Botanique en Ancienne Belgique streek de immer innemende Zweed Kristian Matsson neer in De Roma in Antwerpen. Nu de fullband tour met Dark Bird is Home ondertussen al anderhalf jaar achter zich ligt, trotseert hij nu voor het eerst in anderhalf jaar opnieuw Europese podia. En hij kwam deze keer alleen. Zonder backingband was het aan The Tallest Man on Earth om zijn nummers opnieuw te herleiden tot de essentie. Maar laat dat nu net een kolfje naar zijn hand zijn. Matsson begon zijn carrière als een one-man-band en dus wist hij perfect wat hem te doen stond.
Oude liefde roest niet, laat een oud spreekwoord ons wijs maken en dat geldt ook voor The Tallest Man. Brak hij stilletjes door met The Wild Hunt in 2010, dan hield hij zich het voorbije jaar wat koest. Na deze tour beloofde hij alvast te beginnen aan een opvolger voor Dark Bird Is Home uit 2015, maar gelukkig wist hij ons in tussen wel zoet te houden met de ep When The Bird Sees The Solid Ground en zijn ontwapenende YouTube reeks The Light in Demo’s. Matsson kan niet stil zitten en moet zijn emoties kwijt kunnen in zijn muziek. Zeg dus niet dat hij terug van weggeweest is, hij staat gewoon eindelijk weer op een podium.
https://www.instagram.com/p/BoPh_J0H18o/?utm_source=ig_web_copy_link
Die pauze heeft hem wel deugd gedaan. Matsson oogde fris en monter en ook al klaagde hij van zijn rauwe stem, op geen enkel moment konden we hem op een foutje betrappen. Hij zou het ook niet erg vinden, want met de flair en charme waarmee hij het podium inpalmde, kon hij met werkelijk alles wegkomen. Drie nummers ver in de set en we hadden al drie verschillende gitaren en stijlen gehoord. Van het in echo gedrenkte “To Just Grow Away” over het dromerige “Like The Wheel” naar het wat klassiek folk klinkende “I Won’t Be Found”. Ook al was hij nog maar aan het opwarmen, zijn gitaarspel klonk van in het begin haarfijn en zijn stem klonk rasperig als vanouds.
De setlist zelf was er eentje voor de fijnproevers. Matsson plukte zorgvuldig uit zijn eerste albums, ep’s en liet enkel zijn laatste Dark Bird Is Home quasi onberoerd met enkel het fijne pianointermezzo van “Little Nowhere Towns”. Aangezien dat vooral een bandplaat was, bleken die nummers wellicht moeilijker te herwerken voor een solo-optreden. Wanneer je niet kan rekenen op een extra gitaar, trompet of viool om extra toetsen te geven aan je nummers, moet je het publiek kunnen begeesteren met je gitaarspel en je lyrics. En laat dat net twee gebieden zijn waarin The Tallest Man uitblinkt.
“Revelation Blues” en “Leading Me Now” verbazen met zijn vingervlugge fingerpicking, terwijl “Love Is All” zoals verwacht oude wonden openrijt. ‘If it’s the first time you see me play, I only play sad lovesongs,’ grapte Matsson ergens halverwege de set. En ja zijn teksten zijn vaak donker en melancholisch, maar hij wentelt zich nooit in zelfbeklag of clichés. Meer zelfs, als hij dan wel eens een ‘I Love You’ of ‘You’re so beautiful’ laat vallen, klinkt het gemeend en oprecht. Ook zijn onverwachte cover van Aretha Franklin’s “I Say A Little Prayer” droop van de bewondering voor het overleden icoon. Lag het aan de zomer of werd Franklin’s dood zowat onder de mat geveegd, terwijl ze minstens zo veel aandacht als wijlen Prince, Cohen of Bowie verdiende.
Het publiek leeft zich vooral uit voor of na de nummers, maar nooit echt tijdens. Er heerst een respectvolle stilte waar Mattson wel raad mee weet. ‘That’s how I try my head to sound,’ legt hij uit. Stil aanbidden doet soms meer deugd dan luid geprezen liefde. Enkele jaren geleden zagen we hem het gevecht al aangaan met het de decibels op Pukkelpop. Terwijl het kabaal van The Prodigy de Main Stage inpalmde, wist hij met zijn fijn besnaarde nummers een volle tent te boeien. Dat het wellicht verademend moet voelen om eens niets te moeten bewijzen, kon je van Matsson’s gelukzalige glimlach aflezen.
“1904” en “King Of Spain” brachten sfeer en op “I’m A Stranger Now” liet het publiek zich zelfs tot meezingen verleiden. Het was toch vooral in de momenten dat Matsson net niet voor entertainment ging, dat hij ons het meest wist te bekoren. Voor het hartverscheurende “Time Of The Blue” en het hoopvolle “Somewhere In The Mountains, Somewhere In New York” omgorde hij voor het eerst zijn banjo, een instrument dat sinds Mumford & Sons zowat door elke recensent verketterd wordt. Maar kijk, de Zweed wist er zowaar de hele Roma muisstil mee te krijgen. “Thrown Right At Me”, naar eigen zeggen zijn meest ‘happy song’, deed niet veel later dat trucje nog eens over met het nieuwe en al even aangrijpende “Then I Won’t Sing Nomore” er vakkundig aan geplakt. De herwerkte versie van “The Dreamer” was de kers op de al overheerlijke taart.
Terwijl Matsson nog zijn staande ovatie in ontvangst stond te nemen, schalde “Can’t Hurry Love “ al door de boxen. Zelden was een PA zo toepasselijk. De liefde voor The Tallest Man heeft zich doorheen de jaren weten vast te ankeren in België. Welke artiest weet ook een publiek te doen lachen met zijn cover van ABBA’s “The Winner Takes It All” om ze erna te ontroeren met “Kids On The Run” aan piano. Anderhalf uur lang kon The Tallest Man het Antwerpse publiek in de ban houden en telkens wanneer zijn set eentonig dreigde te worden, gooide hij het over een andere boeg. Wanneer artiesten terugkeren naar hun beginjaren, betekent dat meestal weinig goeds, maar voor The Tallest Man on Earth is het zowaar een nieuwe adem.
Setlist
To just grow away
Like The Wheel
I Won’t Be Found
The Gardner
All I Can Keep Is Now
Revelation Blues
Little Nowhere Towns
Love Is All
Forever Is A Long Long Time
Time of The Blue
Somewhere In the Mountains
1904
Leading Me Now
I Say A Little Prayer
I’m A Stranger Now
Criminals
Thrown right At Me
Then I Won’t Sing No More
King of Spain
The Dreamer
The Wild Hunt
The Winner Takes It All
Kids On The Run