Public Service Broadcasting is een band die tijdens hun carrière al uitblonk in storytelling aan de hand van diverse (historische) onderwerpen. Zaken zoals de ruimtewedloop, de beklimming van de Mount Everest en de opkomst van de televisie kwamen al aan bod. Deze vrijdag brengt de groep met The Last Flight een album uit dat de groep volledig wijdt aan Amelia Earhart. Wij spraken met J Willgoose Esq., het brein achter de groep, over hoe het album tot stand kwam.
Waar kwam het idee vandaan om een album aan Amelia Earhart te wijden?
Na Bright Magic had ik niet echt een idee wat ik wilde doen met de volgende plaat. Dat was de eerste keer in lange tijd dat zoiets voorviel. Ik denk dat ik sowieso een plaat wilde maken die zich centreerde rond een vrouwelijk personage. Dan heb ik wat rondgekeken, een paar verhalen proberen uitwerken, maar niets paste echt. Ik weet ook niet waarom ik uiteindelijk bij Amelia ben uitgekomen, maar nadat ik meer over haar begon te lezen en vooral toen ik ontdekte dat ze haar eigen logboek bijhield, was dat heel interessant omdat we die bron ook konden gebruiken. Hoe meer ik las en opzocht, hoe meer haar verhaal me beklijfde. Plus: een plaat moet de luisteraar kunnen beklijven. Het moet mij creatief stimuleren, anders werkt het gewoon niet.
Een rode draad doorheen jullie albums is verandering en zelfs activisme. Is dat een belangrijke ondertoon wanneer jullie een thema uitkiezen?
Ja. Bijvoorbeeld: Every Valley is waarschijnlijk de meest donkere van de vijf. Dat was bedoeld als contrast met The Race for Space, dat symbolisch was voor de prestaties van de mensheid. Every Valley scheen dan een licht op de keerzijde van de medaille: vooruitgang tegenover hoe sommige gemeenschappen en niches als het ware achtergelaten worden. Specifiek voor de Britse mijnindustrie ging het over hoe de die met opzet werd vernietigd.
Onze thema’s zijn vaak gewoon dubbelzijdig. Naast innovatie en verandering, staat vooral de menselijke wilskracht centraal. Wat normale mensen ertoe drijft om wonderbaarlijke dingen te doen. De kleine wonderbaarlijke dingen, zoals elke dag in een mijnschacht werken of de grote, bovenmenselijke, zoals die van Amelia Earhart. We proberen een perspectief te bieden op wat die dingen voor ons als mens betekenen. Meestal heeft dat een positieve ondertoon, hoewel ik mezelf vreemd genoeg niet echt zie als iemand die positief in het leven staat.
Hoewel de thema’s soms wat grimmig zijn, klinkt de muziek nog vrij opgewekt.
Inderdaad. Every Valley was bijvoorbeeld in twee delen opgedeeld. Eerst heb je veel instrumentatie, maar naargelang de plaat vordert, is er steeds meer ruimte en ebben de instrumenten wat weg. Toch is dat album nog vrij upbeat. Je start vaak met een vol, rijk geluidspalet en begint dan dingen weg te nemen totdat het menselijk klinkt.
Er zit wel een soort optimisme in onze sound, een soort boodschap van hoop. We zien dat ook in het publiek dat naar onze shows komt. Er hangt een sfeer van generositeit in de zaal en we zijn heel dankbaar om te zien dat we dat doorheen de jaren hebben kunnen opbouwen.
Wat is de volgorde in het creatieproces van een album?
Als eerste komt natuurlijk het algemene thema en daarna begin ik literatuur door te spitten. Tijdens het lezen krijgt dat idee vorm in mijn hoofd en weet ik al wat meer welke richting ik uit wil. De beginfase is telkens heel conceptueel, of dat nu betekent dat ik muziek wil koppelen aan een bepaalde songtitel, of andersom. Voor dit album hadden we de samples – de sound bites en de archiefstukken – zelfs maar twee maanden voor de release klaar. Die zijn altijd als laatste aan de beurt, maar nu hebben we ze pas echt laat ingevoegd.
Mensen die die archiefstukken in je muziek horen, zouden kunnen stellen dat je geschiedenis aan het schrijven bent. Hoe kies je welke sound bites waar komen?
In principe heb je echt niet veel nodig. Het gezegde ‘less is more’ is vaak gewoon waar. Je kan er niet te veel tussenstukjes ingooien, omdat je ruimte moet laten voor de muziek om z’n ding te doen. Als we het hele album zodanig vol met sound bites zouden steken dat het bijna op een audioboek leek, zou dat het muzikale ondermijnen. Het grootste deel van het verhaal in “Monsoons”, bijvoorbeeld, zit hem net in de muziek. Je hebt niet veel expositie nodig.
De lastigste song om te maken was “Towards the Dawn”, omdat dat nummer de basis vormt voor de rest van het album. We moesten het verhaal vertellen over hoe Amelia eerst naar het westen vliegt, dan crasht en dan beslist om eerst naar het oosten te vliegen. In die song zit er context over haar persoonlijkheid en wat ze wil bereiken. Er zit ook niet veel ademruimte in. Er gebeurt muzikaal heel veel en dat was een bewuste keuze. Veel frequenties en veel percussie-elementen. De beste manier om dat tot een goed einde te brengen, bleek meer en meer van die samples weg te laten. Als mensen echt geïnteresseerd genoeg zijn in het verhaal, zullen ze er wel zelf extra over opzoeken. Je wilt de luisteraar niet overstelpen.
Schrijven is schrappen.
Inderdaad. Ik bewerk mijn eigen werk vrij streng. Ik kan weken aan een nummer werken, maar als ik op een bepaald moment verveeld geraak, gaat het de vuilbak in. Het is niet omdat je veel tijd in iets hebt gestoken, dat je het niet mag wegsmijten. Door die ervaring heb ik ondertussen geleerd om niet te panikeren als er iets niet gaat zoals ik het wil. Vroeger was dat gevoel van onzekerheid als iets niet lukte ronduit afschrikwekkend. Gelukkig is dat nu veel minder het geval.
Op deze plaat klinken jullie dynamischer dan ooit.
Precies. Er zitten zeker al wat minder synths in dan op Bright Magic, waarop we de knop helemaal opendraaiden. Dat album was geïnspireerd op de nacht, zelfs zo extreem dat ik mij gewoon niet comfortabel voelde om er overdag aan te schrijven. Dat voelde gewoon verkeerd. Op de nieuwste plaat wilde ik een rijke, gevarieerde sound die toch durft bijten. Ik wilde ook een strijkorkest, omdat we al wat hadden opgenomen met het BBC Symphony Orchestra. Ik kon opeens schrijven voor strijkers en kon beter inschatten wat de meerwaarde ervan ging zijn voor de soort muziek die we maken. Ik wilde een organische, niet-digitale sound met een soort grootsheid. Vooral op de laatste track hoor je die extra laag emotie goed.
Die laatste track is prachtig uitgewerkt.
Dankjewel. Pas nadien werd echt duidelijk wat voor een goeie toevoeging die violen waren. Ik ben hen dankbaar voor wat ze voor ons hebben gedaan. Het einde van de plaat is heel emotioneel. Vanzelfsprekend is het een triest einde, maar heel emotioneel inderdaad. Het was moeilijk om de grens te vinden zodat we het niet te overdreven voorstelden. Hopelijk hebben we dat niet gedaan. Instrumentaal is het vrij dun, zodat er nog plaats is voor de emoties van de luisteraar.
Als ik heel aandachtig luister naar haar laatste radioboodschap, hoe ze zo eenzaam over de oceaan vloog… Als ik mij in haar schoenen plaats en mij voorstel hoe bang ze moet geweest zijn… dan is het wel een beetje overweldigend. Die emoties hebben we tot uiting proberen brengen op dat nummer.
Het klinkt alsof je ergens een connectie hebt met het karakter achter Amelia Earhart. Gebeurt dat vaker?
Ja, toch wel. Bij Yuri Gagarin had ik hetzelfde, toen we met The Race for Space bezig waren. Het archiefmateriaal van Valentina Tereshkova vond ik ook heel bewonderenswaardig. Het is spijtig dat ze nu een soort uithangbord voor de Russische overheid geworden is, maar het zij zo. Amelia was een bijzonder persoon en het was ergens wel een eer om een plaat over haar te kunnen maken. Hopelijk wordt het opgepikt als een mooi eerbetoon.
Is het zo dat je je meer kan focussen op de muziek omdat je zelf niets hoeft te zingen?
Ja. Volgens mij zit er niet veel ego in. Misschien dat mijn bandgenoten daar anders over denken (lacht), maar mijn persoonlijke stem zit niet in deze plaat. Natuurlijk, als je iets maakt, maak je duizenden beslissingen en ik ben uiteindelijk degene die die beslissingen maakt. Op een manier reflecteert het mezelf, maar het verhaal gaat nog altijd over haar. We hebben geprobeerd om zoveel mogelijk uit de weg te treden.
Zou je zeggen dat ‘geschiedenis’ een belangrijke focus is in je discografie?
Wel, ik ben daar over beginnen nadenken omdat ik voor deze plaat al wat interviews achter de rug heb, maar zoals ik al zei is de grote focus nog steeds de menselijke wilskracht. Het zit in de kern van alles wat we ooit gedaan hebben. Natuurlijk zit die van Amelia zelf in deze plaat, maar ik wilde niet dat het een rouwplaat ging worden. De spanning en het avontuur staan hier centraal, dus op die manier hebben we de plaat toch weer kunnen herleiden naar iets menselijk, iets groot. Amelia wilde ontdekken, voelen dat ze leefde: een overvloedig leven leiden, zoals ze het zelf stelde.
Heb je geschiedenis gestudeerd?
Nee, ik heb geschiedenis zelfs laten vallen in mijn schoolcarrière (lacht). Ik was een beetje lui. Ik haalde goeie cijfers, maar ik was lui. Als ik een binnenweg kon nemen, dan deed ik het. Geschiedenis op school betekende veel lange essays schrijven en als je een taal leerde, was je huiswerk om gewoon een paragraafje te vertalen, dus dan heb ik me daarop gericht. Ik heb dan drie talen gekozen en heb uiteindelijk Engels op de universiteit gestudeerd. Volgens mij is de manier waarop ik dingen onderzoek deels gevormd door mijn achtergrond als taalkundige. Geschiedenis is meer een passie die ik in mijn volwassen leven heb ontdekt.
Welke talen heb je nog gestudeerd?
Ik heb Frans tot op een zeker niveau gedaan en Duits en Spaans beide voor drie jaar. Duits was handig toen ik naar Berlijn verhuisde. Het grootste deel van Bright Magic is ook in het Duits, dus die talen hebben me ook muzikaal geholpen. In 2013 hebben we zelfs een ep’tje uitgebracht over de Nederlandse Elfstedentocht. Ik versta geen Nederlands, maar het was wel leuk om te doen. We hebben in het verleden dus wel al geëxperimenteerd met verschillende talen.
Jullie hebben jezelf ook artiestennamen gegeven. Willgoose, Wrigglesworth, JF Abraham en MR B. Waar komen die vandaan?
Het standaard antwoord dat we aan iedereen geven is dat ze echte namen zijn. Ik zeg niet dat het onze namen zijn, maar de namen bestaan, dus het zijn echte namen. We hebben ervoor gekozen om onszelf grappige namen te geven omdat dit project heel snel pretentieus kan worden. Het is de Engelse manier om jezelf wat minder serieus te nemen. Je pretentie wat ondermijnen. Dat soort dwaasheid is typisch Engels. Een beetje ironie kan geen kwaad, ook niet in onze muziek.
Nog een laatste vraag: hoe ziet de toekomst eruit voor Public Service Broadcasting?
Goh, ik ben nog niet echt met de toekomst bezig. Ik ben blij dat de plaat er nu is, dat ik kan stoppen met piekeren. Ik heb er heel veel tijd en energie ingestoken, dus het is leuk om een eindresultaat te kunnen zien. Nu dat album uit is, gaan we er een tijdje mee touren, natuurlijk, en gaandeweg hoop ik inspiratie te vinden die mij ergens terug een richting induwt. Ik heb geen enkel idee wat het volgende project wordt en net zoals bij dit album heb ik nog geen thema voor ogen. Ik ben alvast benieuwd.
The Last Flight komt deze vrijdag uit.