Grote nichefestivals beginnen langzaam een uitstervende soort te worden. Veel bestaande festivals kiezen voor een breder aanbod, stappen meer en meer uit hun genrebubbel en richten zich steeds vaker op een groter publiek in plaats van hun oorspronkelijke, specifieke doelgroep. Toch is de nichevariant, tot grote vreugde van ons, nog altijd niet helemaal verdwenen en duikt er af en toe weer eentje op die trouw blijft aan een bepaalde stijl en zich richt op een groep gepassioneerde liefhebbers. HERE’S THE THING in 013 is zo’n festival. Het postpunk-, indie- en garagerockfestival verscheen afgelopen jaar tijdens zijn eerste editie op onze radar, maar we waren toen net één week te laat. Gelukkig voor ons konden we dit keer wél en trokken we gisteren richting Tilburg voor een avondje met onder meer Fat Dog, Kid Kapichi en Captain Kaiser.
Library Card @ Next Stage
Starten deden we bij Library Card, dat ons onder een hemel van glinsterende discoballen mocht klaarstomen voor de rest van het festival. En dat klaarstomen, dat lukte de Rotterdammers wel. Ondanks dat het verre van de hardste band van de dag ging worden, lieten ze ons samen met de rest van het publiek al stevig heen en weer deinzen op de postpunkklanken die uit hun speakers rolde. De rode draad van het concert was de debuut-ep Nothing, Interesting, die voor een sterke ruggengraad zorgde en met haar venijnige drumpatronen en onconventionele gitaarriffs liet horen dat deze band geen katje is dat je zonder handschoenen kan pakken. De teksten van “For The World Is Hollow” kregen het voor elkaar om het volledige festival door ons hoofd te spoken en ook afsluiter “Well, Actually” liet een sterke indruk achter, waardoor we enkel maar kunnen concluderen dat het starten bij Library Card een meer dan prima keuze was.
Cloudsurfers @ Main Stage
Met Cloudsurfers hadden we opnieuw een talent van Nederlandse bodem op het programma staan. Afgelopen najaar zagen we de groep nog in de kleinste zaal van Trix en gisteren mocht het de planken van de grootste stage van het festival betreden. Dat was de groep op het lijf geschreven; de band wist namelijk een sterke indruk achter te laten. Alles liep strak en ging precies volgens het boekje. Hoogtepunt waren de dubbele drums die met momenten strak synchroon liepen, maar enkele seconden daarna elkaar deden versterken in de vorm van een off-beat drumpatroon. Een ander hoogtepunt was minder muzikaal, maar daarom niet minder indrukwekkend: de band bracht niet alleen fijne muziek, ook de bijgeleverde visuals, die door Jules Trum live en perfect op de maat van de muziek werden gemixed, zorgden voor een versterking van het optreden.
Cloud Cafe @ Kelder Stage
Niet alleen op de Main Stage was het bewolkt, ook in de kelder van het poppodium waren wolken zichtbaar. Op weg richting de Next Stage kwamen we, met een kleine omweg, namelijk uit op verdieping -1 van het gebouw waar Cloud Cafe al halverwege haar set zat. Helaas konden we door een overlap in het blokkenschema de groep slechts voor korte duur zien, maar wist het in die tien minuten met haar zwevende indieklanken toch aardig te verbazen. In die tijd leerden we ook dat Cloud Cafe live een wolf in schaapskleren is, die het eerst altijd klein houdt om vervolgens met de gitaren er stevig in te vliegen. We hadden graag wat langer gebleven, maar Cardinals stond al op ons te wachten op de stage waar we eigenlijk naar op weg waren. Misschien is het een idee om volgende keer deze band net iets anders in te plannen, want meer tijd en vooral meer publiek had de groep wel verdiend.
Cardinals @ Next Stage
Tijd voor Cardinals dus, dat in een volle Next Stage haar laatste naamloze ep mocht brengen. Vanaf de eerste noten wist de band het publiek moeiteloos te grijpen en met haar krachtige dynamiek geen seconde te vervelen. De stiekeme ster van de show was wel de accordeonspeler. Waar we het instrument normaal meteen linken aan oubollige straatartiesten, voegde het hier juist een extra fijne laag toe aan de solide sound die de band bracht. Met Cardinals kregen we voor het eerst een band van aan de andere kant van het water op ons bord en dat smaakte, in tegenstelling tot het gemiddelde gerecht uit de Ierse keuken, meer dan goed.
Gurriers @ Next Stage
Nadat de avond langzaam zijn intrede had gedaan was het tijd voor nog meer Ieren en wel in de vorm van Gurriers. De mannen uit Dublin brachten uit hun thuisland een flinke portie ruwe energie en ongetemde passie mee, die perfect paste tussen de acts die we later nog zouden zien. Met een sound die doorspekt is met invloeden uit meer genres dan we op twee handen kunnen tellen, liet de band het achterste van haar tong zien en trakteerde hij het publiek met al het goede wat het recente album Come And See te bieden had. Andersom trakteerde het publiek, dat inmiddels flink was opgewarmd door eerdere acts, de band op moshpits in alle formaten en sprak het steeds haar waardering uit. Terechte waardering wel te verstaan, want Gurriers was nagenoeg foutloos.
Captain Kaiser @ Kelder Stage
Shirt uit en broek omhoog. Als je dat frontman Sasha Vansant ziet doen, dan weet je dat Captain Kaiser klaar is om zich volledig te smijten. En dat deed het ook. In een tot de nok gevulde Kelder Stage liet het met opener “CHAMPAGNE HANDSHAKE” meteen stevig van zich horen en sloeg het daarmee de toon aan voor een energieke set. Geen moment verslapte de groep en wist hij met zijn muziek zelfs enkele moshpits te doen ontketenen. Wel kon je merken dat de hype voor Fat Dog, dat net voor het einde van Captain Kaisers set in de Next Stage van start ging, erg leefde in het publiek. Naarmate de show vorderde, stroomde de kelder leger en leger en zag je velen de weg richting dat andere podium inzetten. Dat kwam dus zeker niet doordat Captain Kaiser slecht speelde, want de band was gisteren zo goed als in perfecte conditie. Opnieuw jammer dat de programmatie van de Kelder Stage, net als bij Cloud Cafe, niet helemaal lekker liep. Het was eigenlijk zonde dat een band als Captain Kaiser zo werd weggestopt tussen de grote namen, maar goed, op dat soort momenten is het roeien met de riemen die je hebt en dat deed de band zeker naar behoren.
Fat Dog @ Next Stage
Metalcore heeft de term ‘Arf! Arf!‘, maar postpunk heeft sinds enkele maanden ‘Woof! Woof!’ eigen gemaakt. Niet gek ook, want de wereld van het genre draait tegenwoordig volledig om Fat Dog en haar debuutalbum WOOF.. Het was daarom ook aanschuiven om de Next Stage binnen te geraken en naar boven vluchten om iets van het optreden mee te krijgen, want de vloer voor het podium was tot de laatste vierkante centimeter gevuld. Diezelfde vloer zette Fat Dog echter meteen in lichterlaaie: de band gaf met zijn ongecontroleerde energie vanaf de intro plankgas.
Met zijn karakteristieke berenmuts op zijn hoofd liet frontman Joe Love zijn publiek voor hem dansen, moshen en de gekste capriolen uithalen, waardoor het met momenten leek dat de echte honden niet op het podium maar op de dansvloer stonden. “King of the Slugs” werd uit volle borst meegezongen en de zogenaamde ‘krabmoshpit’, die door toetsenist Chris Hughes werd aangewakkerd, mondde uit in een veldslag waar ze zelfs in Waterloo van zullen opkijken. De vijf sterren voor WOOF. trekken we met alle liefde ook door naar het liveoptreden van de groep, want dat was minstens evenveel sterren waard.
Kid Kapichi @ Main Stage
Eigenlijk hadden we na de show van Fat Dog niks meer nodig om met een goed gevoel richting huis te gaan, maar op het hoofdpodium was het nog de beurt aan headliner Kid Kapichi. Hoge huizen, daar moest de groep uit Hastings eigenlijk vandaan komen, maar helaas kon het gezelschap nooit evenveel indruk maken als zijn voorgangers. Het podium leek iets te groot voor de groep en er was op geen enkel moment een echte connectie met het publiek voelbaar. Best apart, want door hun rauwe karakter en fuzzy sound moest het perfect aansluiten op de wensen van de doelgroep waar het festival op mikte.
Nee, helaas was het een ander verhaal en zagen we een band die duidelijk aan het tobbendansen was. De nummers die Kid Kapichi mee had werden allemaal oké gebracht, maar een echt hoogtepunt was nooit te spotten. Het voelde alsof de groep op automatische piloot stond: technisch gezien zakte hij nooit door het ijs, maar de passie en overtuiging die je van een headliner verwacht, bleven uit. Zelfs het publiek, afgezien van de eerste paar rijen, bleef rustig toekijken zonder zich echt mee te laten slepen, terwijl we eerder op de avond zagen dat de bezoekers wel degelijk zin hadden om uit hun dak te gaan.
Waar de volledige dag gevuld was met kwaliteit van de bovenste plank, sloeg Kid Kapichi de plank op het einde van de avond helaas mis. Misschien had een kleiner podium beter geweest, want tijdens bepaalde fases was het treurig om te zien hoe de band aan het verdrinken was in de zee van ruimte. En dat goede gevoel voor op de terugweg dat we na Fat Dog overhielden? Daar zat na de show van Kid Kapichi helaas een flinke deuk in.
Kid Kapichi speelt op 15 november samen met Frank Carter in L’Aeronef.
Fan van de foto’s? Op onze Instagram staan er nog veel meer!